Een eigen huis kopen wordt voor steeds meer mensen een onbereikbare droom. Dat heeft voor een groot deel te maken met de gestegen huizenprijzen. Doordat woningen de afgelopen jaren een stuk duurder zijn geworden, zijn ze vaak onbetaalbaar voor mensen met een middeninkomen. Is het onmogelijk om een huis te kopen met een middeninkomen of zijn er toch nog mogelijkheden?
Zijn huizen te duur voor de middeninkomens?
Voor veer mensen met een gemiddeld inkomen dreigt een eigen huis uit het zicht te raken. Dat komt vooral doordat de huizenprijzen de afgelopen jaren exceptioneel zijn gestegen. Nu kwam het in het verleden wel vaker voor dat woningen duurder werden, maar dat ging doorgaans gepaard met het stijgen van de inkomens, waardoor mensen eveneens een hogere hypotheek konden krijgen. De salarissen zijn de afgelopen jaren echter vrijwel gelijk gebleven. Hierdoor zijn de hypotheken die de banken verstrekken aan mensen met een middeninkomen vaak niet hoog genoeg om een huis mee te kopen.
Daar komt nog eens bij dat de regels voor het krijgen van een hypotheek de afgelopen jaren steeds strenger zijn geworden. Zo mogen banken in principe geen hypotheken meer verstrekken die hoger zijn dan de waarde van de woning (behalve als het geld wordt gebruikt voor energiebesparende maatregelen). Bij het kopen van een huis komen echter een hoop kosten kijken. Zo betaalt u overdrachtsbelasting en notariskosten. Omdat u tegenwoordig slechts maximaal 100% van de waarde van de woning kunt lenen, dient u deze bijkomende kosten zelf te betalen. Hierdoor moet u al snel tienduizenden euro’s eigen geld inbrengen als u een woning wilt kopen.
Een derde reden dat huizen steeds vaker onbetaalbaar worden voor de middeninkomens, is dat steeds minder mensen een vast contract hebben. Mensen werken steeds vaker als zzp’er of hebben een tijdelijk of nulurencontract. Met deze vormen van arbeid is het een stuk moeilijker om een hypotheek te krijgen.
Huren met een modaal inkomen
Het probleem is dat mensen met een middeninkomen niet alleen moeilijk een eigen huis kunnen kopen. Het is ook nog eens ontzettend lastig om te huren met een dergelijk inkomen. Een middeninkomen loopt voor alleenstaanden op tot ongeveer 45.000 euro (tot 50.000 euro voor stellen). Met een dergelijk inkomen komt u echter niet in aanmerking voor een sociale huurwoning.
Woningcorporaties moeten namelijk 80% van de sociale huurwoningen beschikbaar stellen voor mensen met een inkomen van minder dan 38.000 euro per jaar. 10% van deze woningen is bestemd voor degenen met een inkomen van tussen de 38.000 en 42.500 euro. Dit betekent dus dat u bijna niet in aanmerking komt voor een sociale huurwoning als u tussen de 45.000 en 50.000 euro per jaar verdient. Deze inkomensgroep moet dus óf een woning kopen óf huren in de vrije sector, wat naar verhouding een stuk duurder is.
Kunnen mensen met een middeninkomen nog een huis kopen?
Zoals gezegd is kopen echter een lastig verhaal voor de middeninkomens. De huizenprijzen zijn te hoog, terwijl banken tegelijkertijd geen hypotheken meer mogen verstrekken die hoger zijn dan de waarde van de woning. Betekent dit dan dat mensen met een middeninkomen helemaal geen huis meer kunnen kopen?
Laten we u direct geruststellen: als u een middeninkomen hebt en uw eerste huis wilt kopen, dan zijn er nog steeds mogelijkheden. Laten we deze eens nader bekijken.
Koop in goedkopere regio’s
De huizenprijzen zijn het hoogst in de randstad. Hier ligt de gemiddelde verkoopprijs voor een woning boven de 300.000 euro. Mensen met een middeninkomen kunnen doorgaans een hypotheek krijgen die net iets boven de 200.000 euro ligt. Dit is dus bij lange na niet voldoende voor het kopen van de meeste woningen.
Er zijn echter regio’s in Nederland waar de huizen een stuk goedkoper zijn. Bent u niet gebonden aan een bepaalde regio of vindt u het niet erg om iedere dag wat langer onderweg te zijn naar uw werk, dan kunt u in deze streken nog een relatief voordelige woning bemachtigen. In Nederland zijn de huizen het goedkoopst in Zeeuws-Vlaanderen, Noordwest-Friesland, Noordoost-Groningen en Slochteren. Hier liggen de huizenprijzen gemiddeld onder de 205.000 euro, waardoor u met een middeninkomen een hypotheek kunt krijgen die meestal (net) voldoende is voor het kopen van een woning.
Kleiner wonen
Het is echter niet voor iedereen mogelijk om in een andere provincie te gaan wonen. Veel mensen zitten vast aan hun werk en willen hierdoor in of in de buurt van de randstad wonen. Hier zijn de gemiddelde huizenprijzen een stuk hoger. In Amsterdam kost een woning bijvoorbeeld gemiddeld 420.000 euro; meer dan het dubbele van wat iemand met een middeninkomen zich doorgaans kan veroorloven. Zelfs in de meeste gebieden buiten de randstad ligt de prijs voor een woning tussen de 200.000 euro en 300.000 euro.
Dit zijn echter gemiddelde prijzen. Woningen in het duurdere segment stuwen dit gemiddelde flink omhoog. Er zijn natuurlijk ook huizen die goedkoper zijn dan gemiddeld. Een goedkoper huis betekent vaak dat u wel inlevert op woonruimte. In de grote steden kunt u nog wel kopen voor een prijs die rond de 200.000 euro ligt, maar dit zijn doorgaans kleinere appartementen. Vaak liggen deze woningen ook in de goedkopere wijken buiten het centrum.
Hulp van ouders
Een andere optie is hulp van buitenaf zoeken. Dit kunnen bijvoorbeeld de ouders zijn. Er zijn verschillende manieren waarop ouders kunnen helpen bij het kopen van een woning. Dit kan bijvoorbeeld door middel van een lening aan de kinderen. Er zijn verschillende constructies die belastingtechnisch aantrekkelijk zijn voor zowel de ouders als de kinderen. U kunt bijvoorbeeld denken aan een schenking of het inrichten van een zogenoemde familiebank. Een andere mogelijkheid is dat de ouders een woning kopen en deze verhuren aan het kind. Eventueel kunnen ouders een deel van de huur belastingvrij terugschenken. Uiteraard zijn al deze mogelijkheden alleen van toepassing als de ouders hier de financiële draagkracht voor hebben.